Een paar tweelichts appliques met rocaille- en bloemmotieven. De armen hebben een 'geschubde' structuur. De uitvoering van de twee appliques is lichtelijk verschillend; een typische karakteristiek van de ontwerpen uit de Régence-stijl en geheel in de geest van de ontwerpen van André Charles Boulle.

De Franse ornament-ontwerpers van de 17e eeuw streefden naar lichtheid in de decoratie. Dit vooral onder invloed van Berain die juist de groteske als ornament weer op de voorgrond bracht. In Berains grotesken wordt de structuur van het ornament gemaakt door bandwerkt dat wordt onderbroken door C-vormige voluten waaruit acanthusblad krult. Dat is een karakteristiek die we in de decoratie van deze appliques duidelijk zien.

André Charles Boulle (1642-1732) was een Franse meubelmaker (ébéniste) die een geweldige techniek en een grote fantasie combineerde. Een van zijn grote verdiensten was dat hij de sterke Italiaanse en Vlaamse invloed in de Franse meubelmakerij grotendeels losliet en in een eigen Franse stijl wat betreft vorm en decoratie werkte. Dat bleef niet onopgemerkt en vanaf 1672 werkte hij voor het hof van Louis XIV, de Zonnekoning.
Al snel werd Boulle benoemd tot “premier ébéniste du Roi”. Omdat hij daardoor niet meer aan de beperkende gildebepalingen gebonden was, kon hij zonder boetes op te lopen de verschillende disciplines die hij beheerste, combineren. Hij was ontwerper, schilder, mozaïekmaker, ciseleur-graveur, marqueteur en “inventeur de chiffres”.
Zijn grote naam en faam dankte hij vooral aan het buitengewoon inventieve en fraaie marqueterie-werk dat hij vervaardigde in schildpad en verschillende metalen (Boulle-techniek).
Natuurlijk werkte Boulle niet alléén. Hij had een groot atelier met de beste vaklieden op het gebied van de verschillende disciplines waarvan hij gebruik maakte om zijn buitengewone meubelen en objecten te vervaardigen. Zijn opdrachten beperkten zich al snel niet meer tot het Franse hof en de adel, maar kwamen onder meer ook van de koninklijke hoven van Spanje en Beieren.
Boulle kreeg vier zonen die allemaal eerst zijn leerling waren en daarna zijn medewerker werden. Twee van hen zetten na Boulle’s dood het atelier van hun vader voort, de twee anderen vestigden zich als zelfstandig meubelmaker, maar allen werkten zij in de traditie van hun vader met ebbenhout, schildpad, messing en tin.

 

Provenance:

Lucien Kraemer, Paris 1949
Privé collectie België